Terug naar overzicht

Ondernemersverhaal: “ondernemen binnen een huwelijk”

Matthias is ondernemer en gewend aan de onzekerheid die daarbij hoort. Zijn vrouw Ellen zorgt met haar vaste baan voor een financiële basis voor het gezin, maar droomt van een eigen strandtent. Die droom wordt plotseling heel concreet als ze een tent kan overnemen. Matthias en Ellen besluiten de sprong te wagen, samen met een bevriend stel. Hun eerste overnamepoging slaagt niet, omdat een van de eigenaren toch niet wil verkopen. Een aantal maanden later is het wel raak: het viertal koopt, met eigen middelen en via de verkoop van aandelen aan familie en vrienden, een strandtent op een prachtige locatie. Ellen zegt haar baan op en ze kunnen aan de slag.

Ook Matthias, die aanvankelijk alleen aandeelhouder zou zijn, wordt gegrepen door het spannende horecabestaan en gaat meedraaien in het management. Een inspirerend, ontzettend mooi en leuk avontuur, noemt hij het. ‘Heel moeilijk ook, want we hadden relatief weinig ervaring. In het eerste weekend kwamen plotseling er 250 mensen binnen die allemaal van de kaart wilden bestellen. We hebben uiteindelijk 30 mensen te eten gegeven. Dat betekende ontevreden gasten. Je werd meteen met je neus op de feiten gedrukt als er iets niet goed ging. Daarbij had het een grote impact op ons gezin. Ellen en ik waren er van januari tot en met oktober vier dagen per week mee bezig.’

Ondanks het harde werken draait de strandtent in het eerste jaar flink verlies. Niet zo gek, want het viertal moet nog heel wat leren en opbouwen. Omdat Ellen haar vaste baan heeft opgegeven, teren zij en Matthias echter flink in. Het wordt financieel zo krap, dat Ellen weer een baan aanneemt voor drie dagen in de week. Een teleurstelling. ‘In het eerste jaar merkte Ellen ook dat haar toegevoegde waarde in het horecabedrijf niet was wat zij had gehoopt. Dat frustreerde’, herinnert Matthias zich. Hij geniet ondertussen met volle teugen. ‘Ik vond het heerlijk om op het terras als gastheer bezig te zijn of om mee te helpen in de bediening of achter de bar.’ Halverwege het tweede jaar gaat het al een stuk beter met de financiën. Ze spelen dat jaar uiteindelijk quitte.

In het derde jaar staat alles op de rails en is het tijd om te genieten, vindt Matthias. Maar Ellen heeft er een heel ander gevoel bij. ‘Zij komt uit een gezin waarin zekerheid en veiligheid belangrijk waren. Dat heeft ze meegekregen. Ellen was daardoor heel erg geënt op geld verdienen. Inmiddels had ook de financiële crisis toegeslagen. Mijn andere onderneming ging daardoor flink terug in omzet, zodat ik minder geld binnenbracht. Daardoor werd haar onzekerheid nog groter. De druk was sowieso erg hoog, want we hadden de verantwoordelijkheid over drie kinderen, twee ondernemingen en zij had ook nog haar vaste baan.’ Terwijl de druk verder oploopt, wordt duidelijk hoe verschillend Matthias en Ellen zijn. ‘We gingen heel anders met die stress om. Ik ging naar de strandtent om te genieten, mijn vrouw liep er gestrest rond. Waar zij overspannen raakte, werd ik ontspannen. Uiteindelijk zijn we elkaar daarin helemaal kwijtgeraakt. We zijn andere dingen belangrijk gaan vinden. Ik ging terug naar de kern, naar wat ik zelf belangrijk vond. Zij verloor zich juist in de buitenwereld, het was voor haar belangrijk wat andere mensen vonden. Het ging op kracht, niet op passie.’

Matthias en Ellen groeien zo ver uit elkaar, dat de afstand op een gegeven moment niet meer is te overbruggen. Zeker toen er anderen in beeld kwamen was er te weinig veerkracht en liefde over om dit te kunnen op vangen. Hun huwelijk redt het niet. ‘Er ontstond irritatie over hoe de ander dingen oppakte. Ik vond haar veel te strikt, zij vond mij te los. We kregen geen energie meer van elkaar, het kostte juist veel energie. En dan zie je opeens dat je elkaar kwijtraakt. Het is een groot risico om in een huwelijk te gaan ondernemen. Daar moet je heel voorzichtig mee zijn. Wij geloofden allebei in de romantiek van het verhaal, maar we hadden een heel andere insteek. We gingen allebei heel anders om met de onderneming. We hadden als ondernemers tegen de buitenwereld, de concurrentie moeten vechten en elkaar groter moeten maken. Maar Ellen en ik vochten tegen elkaar.’

Moet je als partners dan per definitie niet samen een bedrijf beginnen? ‘Ik zou het nooit meer doen’, zegt Matthias. Om er meteen aan toe te voegen: ‘tenzij je allebei ondernemer bent en je vanuit jezelf onderneemt, je elkaar kent als ondernemer en allebei weet dat onzekerheid erbij hoort. Een huwelijk is al een onderneming, het is niet niks om er nog eentje naast te zetten.’ Spijt heeft Matthias hoe dan ook niet. ‘Ik heb er veel van geleerd. Ik weet nu veel beter waar mijn grenzen liggen en dat ik me niet op twee dingen tegelijk moet richten. Ik heb ook echt leren ondernemen, omdat we de zaak vanaf de grond moesten opbouwen. Onze compagnons hebben de strandtent voortgezet, Ellen en ik zijn geen managers meer, maar grootaandeelhouders. De tent draait prima en we komen er allebei nog graag. Ik kom er thuis. We hebben een geweldige plek gecreëerd. Het is een prachtig verhaal en een succes. Daartegenover is het verlies van het huwelijk natuurlijk een buitenproportioneel groot offer, zeker voor de kinderen. Of de strandtent de enige reden is geweest weet je nooit zeker, het heeft de zaken wel op scherp gezet. Terugkijkend zouden we waarschijnlijk veel dingen anders hebben gedaan. In de prille ondernemers achtbaan nam ik in ieder geval te weinig tijd voor reflectie en dan leer je the hard way.

Bron: book ouch!